Een op de vier werkende Belgen heeft een burn-out of flirt ermee. Maar er is ook goed nieuws: u kunt uw hersenen trainen. Ben jij klaar voor een rondje breinfitness? Neuropsychologe Elke Geraerts daagt je in 5 oefeningen uit om je brein beter te trainen.
OEFENING 1 > CHECK NOOIT JE MAILS VOOR HET ONTBIJT
Tot in de jaren vijftig was ons brein een privéverdieping van filosofen. Maar de voorbije decennia zijn hersenwetenschappers tot veel nieuwe inzichten gekomen. Met scans kunnen we nu behoorlijk gedetailleerde foto’s maken van onze hersenen. Dankzij recent psychologisch onderzoek weten we steeds meer over wat mensen veerkrachtig maakt.
En toch loopt het bij steeds meer mensen fout in de bovenkamer. ‘Er is iets mis. We voelen het allemaal. De opgedane kennis in labo’s raakt niet snel genoeg bij de mensen op de werkvloer.’
Jouw brein vertoont tekenen van verwaarlozing. Verwaarlozing en overprikkeling komen op hetzelfde neer: je gunt je hersenen te weinig rust. Nog voor je koffie hebt gedronken, zet je het konijnenhok open. Door je mailbox te checken zodra je wakker bent, laat je toe dat er van ’s ochtends vroeg konijnen tussen je voeten door springen die je aandacht afleiden. Geen wonder dat je doodmoe bent nog voor de dag begint.
‘When you are hunting elephants, don’t get distracted chasing rabbits’
Waan van de dag
Onze aandacht wordt constant gekaapt door de waan van de dag. Ons brein is als een ongeleid projectiel. Om dat tegen te gaan hebben we terug meer zelfcontrole nodig. En het goede nieuws is: Zelfcontrole is aan te leren! Onze hersenen zijn veel plastischer dan we denken. Ken je de legendarische marshmallowexperimenten uit de jaren zeventig? De Amerikaan Walter Mischel liet kleuters een kwartier alleen met een marshmallow. Als ze er niet van aten, kregen ze een tweede marshmallow. Een derde van de 600 geteste kinderen slaagde erin het volle kwartier van de snoep te blijven. Twintig jaar later zochten de onderzoekers de kinderen opnieuw op. Diegenen die een tweede marshmallow hadden verdiend, hadden het aanzienlijk verder geschopt, waren gezonder, kampten minder vaak met verslavingen, waren succesvoller en verdienden meer.
OEFENING 2 > STOP MET MULTITASKEN
Zodra je aan je bureau zit, schrijf je eerst de belangrijkste taken van de dag en de week op. Dat zijn de olifanten waarop je wil jagen. Al de rest zijn konijnen. Die willen je bureau inpalmen, tenzij je ze in hun hok houdt. Begin daarom de dag meteen met een olifant onder de handen ten nemen. Je brein komt ’s nachts tot rust, dus heb je ’s ochtends de meeste mentale energie. Avondmens of niet, plan je belangrijkste taken als je nog fris bent. Routinetaken, zoals je mailbox opkuisen of je administratie up-to-date houden, doe je na de middag, als je energiepeil sowieso lager staat.
Ik raad vaak aan mensen aan om hun automatische alerts van hun mailbox af te zetten. Die voortdurende pings zijn dodelijk voor je concentratie. Je maakt je brein verslaafd aan informatieshots. Telkens als je een ping hoort, krijgt je brein een dopamine-opstoot. Het probleem met het gelukshormoon dopamine is dat je steeds meer nodig hebt om hetzelfde effect te bekomen. Na verloop van tijd ben je meer bezig met als een junk op zoek te gaan naar nieuwe informatie om je brein te doperen dan met werken.
Citaat: Elke Geraerts begeleidde al verschillende grote bedrijven, waaronder de autobouwer Volvo en het bouwbedrijf Heijmans. “Een van de managers die ik coachte, heeft nu voor haar hele afdeling ‘olifantentijd’ ingepland. Elke dag tussen negen en elf werken collega’s ongestoord aan hun projecten, dan worden zelfs geen vergaderingen belegd.”
25 minuten
Onderzoek leert dat het 25 minuten duurt om opnieuw in diepe concentratie te geraken, nadat je bent gestoord. Blijkbaar zijn wij het met z’n allen ook normaal beginnen te vinden dat we nooit meer ten volle geconcentreerd werken. Dat kan toch niet? De efficiëntiewinst die we kunnen halen als we onszelf en onze collega’s ongestoord laten werken, is enorm.
Ons brein is niet gemaakt om te multitasken. Dat is intussen herhaaldelijk bewezen. Alle laboratoriumexperimenten wijzen in dezelfde richting. Laat ons er dus zo veel mogelijk mee stoppen. Multitaskers zijn tot 40 procent minder efficiënt. Hoe vaker je kan singletasken, hoe beter.
OEFENING 3 > LAAT JE GEDACHTEN GEREGELD AFDWALEN
De derde oefening is een makkie: jezelf tijd gunnen om te freewheelen, je gedachten te laten afdwalen.
Twee psychologen van Harvard ontdekten dat we liefst 47 procent van de tijd niet bezig zijn met datgene waarmee we denken bezig te zijn. Zelfs als we ons echt op iets toeleggen, is onze geest er 30 procent van de tijd niet bij. Wees je daarvan bewust en laat het gebeuren. Door je aandacht even te laten afdwalen, gun je je hersenen de tijd informatie te verwerken en op te slaan. Je structureert onbewust dingen in je hoofd.
Ga de tijd die je hersenen nodig hebben niet meteen weer opvullen met op Facebook of Instagram te scrollen. Mindwandering betekent met niets bezig zijn. Níéts.
Geen tijdverspilling
Wees je ervan bewust dat je gedachten alle kanten op schieten en registreer welke gedachten in je opkomen. Stel jezelf geregeld de vraag: wat denk ik nu? En vertrouw erop dat het geen tijdverspilling is, dat je geest verbanden aan het leggen is. Als onze gedachten 47 procent van de tijd afdwalen, is het omdat ons brein die tijd nodig heeft.’
Een beetje verveling is nuttig. Volgens onderzoekers van de universiteit van Californië kan je medewerkers die net een moeilijk probleem voorgeschoteld kregen, best een kwartier iets heel saais laten doen. Vaak komt de oplossing als vanzelf.
OEFENING 4 > ZOEK JE PLEZIERTJES OP HET WERK
De burn-out cijfers nemen met de jaren toe. Wacht niet tot je werkgever zijn verantwoordelijkheid neemt en de zaken aanpakt. Begin er zelf mee. Werknemers moeten ook voor zichzelf en voor elkaar zorgen. We maken elkaar gek, gijzelen elkaar. Op veel werkvloeren is het de gewoonte een broodje aan je bureau te eten. We weten allemaal dat dat heel ongezond is.
Ga tussen de lunch een wandeling doen met een collega. Zonder jezelf eens af in de vergaderzaal, maar niet zonder een praatje te slaan met de receptioniste. Geef een collega eens een compliment. Want ook dat is werkplezier.
OEFENING 5 > STOP MET TE ZEGGEN DAT JE HET DRUK HEBT
‘Hoe gaat het? Druk zeker?’ Druk-druk-druk. Als je maatschappelijk wil meetellen, moet je het druk hebben. Wie geen stress ervaart, is niet geslaagd in het leven, lijkt het. Zonder het goed te beseffen creëren we een situatie waarbij iedereen het perfect normaal vindt dat iedereen constant gestrest rondloopt. En waarom eigenlijk?